De vele succesvolle Australische zwemmers hebben evenveel vraagtekens opgeleverd op het gebied van doping. Hieronder een klein overzicht van de schandalen en de betrokken artsen. Inmiddels is wel duidelijk dat doping ook in Australië voorkomt.
Bij de bekendste Australische zwemmer Ian Thorpe zijn er veel dopinggeruchten geruchten geweest. De succesvolle zwemmer werd al op 17-jarige leeftijd geconfronteerd met dopingaantijgingen. De Duitse zwemmer Chris Carol Bremer meldde dat Thorpe’s grote handen en voeten het resultaat waren van groeihormonen. De Duitser vertelde de pers dat het wijdverspreid bekend zou zijn dat Thorpe aan de doping zou zitten. Na vele wereld en olympische titels stopt Thorpe eind 2006 plotseling op slechts 24 jarige leeftijd met topzwemmen. Teamartsen in zijn periode waren o.a. de inmiddels overleden Brian Sando en later Jenni Saunders. Ook Tim Kerrison (nu Team Sky) was tijdens de succesvolle spelen in 2004 onderdeel van de begeleiding.
In kwam in 2007 de Franse krant L’Equipe – die het vaker juist heeft gehad bij dopingzaken – met het verhaal dat Thorpe in mei 2006 abnormaal hoge waarden van testosteron en groeihormonen in zijn urine had. Thorpe kondigt een rechtszaak aan tegen L’Equipe, maar trekt die in 2009 weer in. De Australische dopingautoriteit (ASADA) weigerde Thorpe te schorsen vanwege te weinig bewijs. Later zou de wereldwijde zwembond FINA deze beslissing bevestigen.
Toevallig of niet was Brian Sando (dokter van Thorpe) zowel voorzitter van de Australische dopingautoriteit als lid van de Doping Control Review Board van de FINA (plus onderdeel van de WADA). Of de beslissing van ASADA of de FINA iets met zijn relatie met Thorpe te maken heeft, blijft ongewis.
Onlangs bleek dat Sando ook als teamarts van Australian football ploeg Adelaide Crowns in 1998 kampioen had met verboden supplementen, waaronder groeihormonen. Een anonieme insider zegt in het bewuste artikel: “It’s about having the right people in the right places, and we had Dr Sando,”.
Ook een andere Australische zwemdokter is niet zonder twijfel. In 2009 tijdens de wereldkampioenschappen in Rome, had teamarts Michael Makdissi diverse dopingproducten mee die hij niet bij zich mocht hebben. Uiteindelijk werd het als incident afgedaan zonder gevolgen.
Maar het Australische zwemmen kwam verder in opspraak in 2012. Grant Hackett de succesvolle ploegmaat van Thorpe bekende in 2006 Stilnox gebruikt, op aanraden van ‘officials’. Onder andere ploegmaat Michael Klim bevestigde Hackett dat teamartsen Stilnox (Zolpidem) voorschreven. Toenmalig teamarts Jenni Saunders kan zich niet meer herinneren of ze Hacket slaapmiddel heeft gegeven. John Coates de voorzitter van het Australisch Olympisch comitee meldde zelfs dat Hackett hem had verteld dat hij al in 2003 het middel had gekregen van een teamarts.
Ook de Olympische mannen van de 4×100 vrij (zilver in Londen 2012), inclusief meervoudig wereldkampioen 100m James Magnussen bleken tegen de regels van de Australische dopingautoriteit in kalmeringsmiddelen gebruikt te hebben. Het middel Stilnox wordt overigens nog altijd op grote schaal in het wielrennen gebruikt.
In februari 2013 kwam de Australian Crime Commission (ACC) met een rapport (PDF) met als titel ‘Organised crime and drugs in sport; In het rapport wordt geconcludeerd dat doping in Australië wijdverbreid is, zowel bij amateurs als professionele sporters (zonder exacte namen te noemen). Ook kwam de commissie tot de conclusie dat er diverse artsen illegaal dopingmiddelen voorschreven. Deze artsen waren met name gelieerd aan sportclubs en anti-verouderingsklinieken.